We boren nog steeds bij Landsort – inmiddels het vijfde en laatste boorgat met code E. Het monsteren gaat goed en we hebben het druk. Tot onze verrassing hebben we onverwacht gezelschap: er zijn overal kleine vogeltjes, op het dek en in de labs.
… en kort geleden verscheen er ook een prachtige uil….
Met de nachtploeg hebben we ook net een bezoek gebracht aan de machine kamers onder het dek waar onze stroom, water en voortstuwing vandaan komt. Het was een andere wereld – kamer na kamer van glanzende, rood, blauw en grijs gekleurde machines, allemaal in perfecte staat. Ongelofelijk indrukwekkend!
Het schip heeft aparte generatoren voor de elektriciteit aan bakboord en stuurboord, om de kans te verkleinen dat alles tegelijk uitvalt. Als je goed kijkt zie je dat we oordopjes dragen vanwege het geluid.
Van onder het dek kun je ook de zijkanten van de “maanpoel” zien. Dat is het grote, vierkante gat in het midden van het schip waar je het zeewater ziet rondklotsen. Door dat gat wordt de boorpijp en andere apparatuur naar beneden gelaten naar de zeebodem toe.
Zo ziet de “maanpoel” er van boven uit als de “template” (een groot metalen rek dat op de zeebodem staat tijdens het boren) naar boven gebracht wordt. Een gat in het dek is een van de wonderen van een boorschip!